Hoax wiki
Hoax wiki
James Monroe White House portrait 1819

James Monroe.

James Monroe (Britse kolonie van Virginia, 28 april 1758 - New York, 4 juli 1831) was de 5de President van de Verenigde Staten. Hij volgde president James Madison op in maart 1817, om vervolgens in maart 1825 te worden opgevolgd door John Quincy Adams. Hij was een president van de Democratisch-Republikeinse Partij.

Levensloop[]

James Monroe was geboren op 28 april 1758 in Virginia, als de zoon van Spence Monroe en Elizabeth Jones. Hij begon zijn studies aan de College of William and Mary, maar bij het uitbreken van de Amerikaanse Revolutie in 1776 zette hij zijn studies stop om het Amerikaanse leger te vervoegen. Hij was de laatste president van de Verenigde Staten die eveneens een veteraan was van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog. In de Slag bij Trenton raakte Monroe gewond door een kogel in de schouder, waardoor hij van het slagveld moest worden gedragen. Nadien studeerde hij rechten onder de latere president Thomas Jefferson. Vervolgens startte hij zijn rechtenpraktijk, en verkocht hij de plantage die hij van zijn vader had geërfd.

Monroe diende in het Congres van de Confederatie (de opvolger van het Tweede Continentale Congres en de voorloper van het Amerikaanse Congres) voor Virginia van 1783 tot 1786. In die periode stond de uitwerking van een grondwet voor de Verenigde Staten ter discussie, waarbij George Washington en James Madison voorstanders waren van een federale staat, maar Patrick Henry en George Mason tegenstanders waren. De doorslaggevende stem kwam van Monroe, die ondanks zijn bezwaar tegen de afwezigheid van een Bill of Rights toch instemde met de ratificatie van de grondwet. Vanaf 1790 zetelde hij voor de Democratisch-Republikeinse Partij in de Amerikaanse Senaat voor Virginia. Hij nam ontslag in 1794 nadat hij door president Washington was aangeduid als ambassadeur in Frankrijk. In 1796 werd hij teruggeroepen van zijn functie.

Van 1799 tot 1802 diende Monroe als gouverneur van Virginia, en van 1803 tot 1807 was hij door president Jefferson aangeduid als ambassadeur in het Verenigd Koninkrijk. In 1811 trad hij opnieuw aan als gouverneur van Virginia, maar na enkele maanden nam hij alweer ontslag omdat hij door president Madison was aangeduid als Minister van Buitenlandse Zaken. Op 27 september 1814 werd hij eveneens aangeduid als Minister van Oorlog om de president te helpen tijdens de Oorlog van 1812. Hierop legde Monroe zijn functie als Minister van Buitenlandse Zaken enkele dagen later neer, op 1 oktober. Er werd echter geen opvolger aangeduid voor de kabinetspost, waardoor Monroe in de praktijk beide ministerposten bezette tot aan het einde van de oorlog in maart 1815. Nadien werd hij opnieuw benoemd als Minister van Buitenlandse Zaken, een ambt die hij vervulde tot 1817[1].

Presidentschap[]

In 1816 werd Monroe genomineerd door de Democratisch-Republikeinse Partij voor de presidentsverkiezingen, en hij won deze verkiezingen zonder moeite aangezien de tegenstanders van de Federalistische Partij in wanorde waren gevallen[2]. Zodoende trad hij aan als president in maart 1817.

Eerste presidentstermijn[]

In 1817 ontstond een opstand van de Creek-Indianen, die naar de Spaanse kolonie van Florida waren gemigreerd en daar de plaatselijke Seminole-Indianen hadden vervoegd. Wanneer ze in oproer kwamen met de steun van de Britten, besloot Monroe om er een leger naartoe te sturen. De troepen stonden onder het bevel van Andrew Jackson, die eerder aanvoerder was geweest tijdens de Slag bij New Orleans. Er ontstond echter een controverse wanneer Jackson verder ging dan enkel de opstandige Indianen aan te pakken, en eveneens Florida in Amerikaans bezit nam nadat hij de Spaanse gouverneur van die kolonie had afgezet. Dit zorgde voor een internationaal incident, omdat de VS in principe niet in oorlog was met Spanje. De Amerikaanse overheid eiste echter dat Spanje haar kolonie moest zien te beheersen of deze anders moest afstaan aan de VS, en uiteindelijk gaf Spanje toe door Florida af te staan in 1821. 

In 1817 werd Mississippi erkend als 20ste staat van de unie, gevolgd door Illinois als 21ste staat in 1818 en Alabama als 22ste staat in 1819[3]. In 1819 ontstond er echter een debat over de toetreding van de slavenstaat Missouri tot de unie. Voordien was er een evenwicht tussen het aantal staten waar slavernij wel en niet was toegestaan, maar de annexatie van Missouri zou dit evenwicht verstoren. Het probleem werd uiteindelijk opgelost met het Missouri-compromis van 1820, waarbij de staat zou worden geannexeerd terwijl een gedeelte van Massachusetts zou worden afgesplitst om een nieuwe "vrije" staat met de naam Maine te vormen. Hierdoor was er terug een evenwicht tussen het aantal vertegenwoordigde pro- en anti-slavernijstaten in de Senaat. Tevens voorzag het compromis dat staten ten noorden van de 36° breedtegraad vrije staten zouden worden. Zodoende werden Maine en Missouri erkend als respectievelijk de 23ste en 24ste staat van de unie in 1820 en 1821[4][5].

Tweede presidentstermijn[]

Tijdens de presidentsverkiezingen van 1820 stelde Monroe zich opnieuw verkiesbaar. Op dat moment was de Federalistische Partij zo goed als helemaal uit elkaar gevallen, waardoor ze geen kandidaat konden nomineren en Monroe geen enkele concurrentie had. De enige andere Amerikaanse president die zonder tegenkandidaat werd verkozen was George Washington.

Monroe was een voorstander van de vestiging van vrijgelaten slaven op het Afrikaanse continent, en de Amerikaanse overheid kocht er een grondgebied aan wat later Liberia zou genoemd worden. De naam was ontleend aan het Latijnse "liber" wat "vrij" betekent. Zodoende kon eveneens worden voorkomen dat vrijgelaten slaven in opstand zouden komen tegen hun voormalige eigenaars. Vanaf 1820 werden duizenden vrijgelaten Afro-Amerikaanse slaven overgebracht naar Liberia, en diens hoofdstad werd Monrovia genoemd naar president Monroe[6]. Pas in 1847 werd Liberia een onafhankelijke staat met een eigen grondwet, maar tot op heden is het één van de armste landen ter wereld.

In december 1823 sprak Monroe het Amerikaanse Congres toe over wat later de "Monroedoctrine" zou genoemd worden. Deze doctrine was uitgewerkt door John Quincy Adams, de Minister van Buitenlandse Zaken, en definieerde de buitenlandse politiek van de Verenigde Staten, waarbij Europese inmenging op het Amerikaanse continent niet langer zou worden getolereerd. In de praktijk betekende dit dat de VS steun zou geven aan de sinds kort opgerichte onafhankelijke naties in Zuid-Amerika, en gekant was tegen nieuwe pogingen tot kolonisatie door de Europese mogendheden. Anderzijds werden de bestaande kolonies van Europa wel gerespecteerd, zolang deze zich niet zouden proberen uit te breiden. Deze doctrine zou decennia lang worden aangehouden door tal van Amerikaanse presidenten in de 19de eeuw, ondanks de hypocrisie dat de Verenigde Staten zelf wél grondgebied zou koloniseren, vaak ten koste van Indiaanse leefgebieden (al zou dit vooral plaats vinden tijdens het presidentschap van Andrew Jackson).

In 1824 stelde Monroe zich niet opnieuw kandidaat voor het presidentschap. In maart 1825 kwam zijn ambtstermijn ten einde, en werd hij opgevolgd door John Quincy Adams na een controversiële presidentsverkiezingsstrijd. Monroe overleed op 4 juli 1831, op de Nationale Feestdag van de Verenigde Staten. 

Complottheorieën[]

James Monroe was lid van de Illuminati, of werkte als Vrijmetselaar samen met de Illuminati als "Founding Father" tijdens de oprichting van de Verenigde Staten[7].

Zie ook[]

Bronnen[]

Referenties[]