
Ulysses "Unconditional Surrender" Grant.
Ulysses S. Grant (Ohio, 27 april 1822 - New York, 23 juli 1885) was de 18de President van de Verenigde Staten. Hij volgde president Andrew Johnson op in maart 1869, om vervolgens te worden opgevolgd door Rutherford Hayes in maart 1877. Hij was een Republikeinse president.
Levensloop[]
Ulysses Grant werd geboren op 27 april 1822 in Ohio, als de zoon van Jesse Root Grant en Hannah Simpson. Bij zijn geboorte kreeg Ulysses Grant de naam Hiram Ulysses Grant mee. Van 1836 tot 1837 studeerde hij aan de Maysville Seminary, en in 1938 aan de John Rankin's Academy. In 1839 trad hij toe tot de academie van het Amerikaanse leger, waar hij verkeerdelijk werd aangemeld met de naam Ulysses S. Grant. Hij zou voortaan met deze naam bekend staan, en hoewel hij zelf beweerde dat de "S" eigenlijk nergens voor stond wordt vaak aangenomen dat die verwijst naar Simpson, de achternaam van zijn moeder. Grant kreeg de bijnaam "Sam" aangezien zijn initialen U. S. door sommigen werden beschouwd als een afkorting van "Uncle Sam".
In 1843 studeerde Grant af aan de academie, en vocht hij vervolgens mee in de de Mexicaans-Amerikaanse Oorlog van 1846 tot 1848. Hij vocht onder generaals zoals Zachary Taylor, die kort nadien president zou worden, en leerde in deze periode tal van militaire technieken en strategieën. In 1854 nam Grant ontslag uit het leger, en trachtte hij op een andere manier zijn geld te verdienen. Dit leverde echter weinig succes op. In 1855 probeerde hij een boerderij te runnen op het grondgebied van zijn schoonbroer, met behulp van slaven die eigendom waren van zijn schoonvader. Dit draaide uit op een mislukking.
In 1856 verhuisde Grant met zijn vrouw naar het grondgebied van zijn schoonvader, waar hij een huis bouwde en een eigen slaaf genaamd William Jones verwierf. In 1857 brak er een economische depressie uit waardoor Grant financieel werd geruïneerd, zelfs tot op het punt dat hij zijn woning moest verhuren. Ondanks dat hij in geldnood zat, besloot hij in 1859 vooralsnog zijn slaaf de vrijheid te geven. Vervolgens waagde hij zich aan andere jobs, zoals die van makelaar, maar eveneens zonder succes.
Amerikaanse Burgeroorlog[]
Nadat de Amerikaanse Burgeroorlog was uitgebroken met de afscheuring van de zuidelijke staten, werd Grant in juni 1861 aangesteld als kolonel van het 21ste Regiment Infanterie van Illinois. Enkele maanden later werd hij gepromoveerd tot brigadier-generaal van vrijwilligers. Op 6 februari 1862 behaalde Grant zijn eerste grote overwinning in de oorlog, met de verovering van Fort Henry in Tennessee. Een week later veroverde hij eveneens Fort Donelson en eiste hij er de onvoorwaardelijke overgave. Dit vormde de inspiratie voor zijn bijnaam, Unconditional Surrender Grant, gebaseerd op zijn initialen U. S. Grant. Hij werd gepromoveerd tot de rang van majoor-generaal.
Op 6 en 7 april 1862 vocht hij in de Slag bij Shiloh, nadat het Zuidelijke leger een verrassingsaanval had uitgevoerd op de troepen van Grant[1]. Op 4 juli 1863 namen Grant en zijn troepen Vicksburg in, de laatste stad gelegen aan de Mississippi die nog in Zuidelijke handen was. Hij presenteerde de stad aan president Abraham Lincoln ter viering van de Amerikaanse onafhankelijkheidsdag. Vervolgens behaalde hij eveneens een overwinning in Chattanooga, waar hij de onneembaar geachte helling van Lookout Mountain bestormde in een verrassingsaanval op de Zuidelijke legers die zich daar hadden teruggetrokken.
In maart 1864 werd Grant bevorderd tot luitenant-generaal, en kreeg hij het bevel over alle Amerikaanse legertroepen. Hij zette vervolgens zijn zinnen op de inname van Richmond in Virginia, wat toen de hoofdstad van de Geconfedereerde Staten van Amerika was. Hij nam het bevel van de grote Army of the Potomac op zich en trok hiermee zuidwaards. Hij vocht tegen de schijnbaar onoverwinnelijke generaal Robert E. Lee in de Slag in de Wildernis van 5 tot 7 mei 1864, maar slaagde er dit keer niet in een overwinning te behalen. Hij trok zich echter niet terug om te hergroeperen, maar zette de achtervolging op Lee in. Na enkele veldslagen resulteerde dit uiteindelijk in een maandenlang beleg van Petersburg. Deze stad was een cruciaal bevoorradingspunt voor het leger van generaal Lee, alsook voor de Zuidelijke hoofdstad Richmond.
Na een belegering van bijna tien maanden moest Lee zich noodgedwongen terugtrekken en de stad prijsgeven. Hierop besloot de Confederale regering om te evacueren, en de Geconfedereerde Staten van Amerika vielen bijgevolg uit elkaar. In april 1965 werd het leger van Lee definitief verslagen na de Slag bij Appomattox Courthouse. Slechts enkele dagen later, op 14 april 1965, werd president Lincoln vermoord door John Wilkes Booth. Na het einde van de burgeroorlog bleef Grant aan het hoofd van het leger, en nam hij de leiding over de door het Noordelijke troepen bezette Zuidelijke staten. Dit luidde het begin in van de zogenaamde "Reconstructie" van de Zuidelijke staten. In juli 1866 werd Grant beloond met een bevordering tot de nieuw gecreëerde rang van "Generaal van het Leger" (General of the Army).
Presidentschap[]
Grant stelde zich kandidaat voor de Republikeinse Partij in de presidentsverkiezingen van 1868. Op dat moment was hij nog steeds bevelhebbend generaal over de bezette Zuidelijke staten, en hij werd zonder problemen genomineerd door de partij. Hij won eveneens de verkiezingen zelf, en trad aan als president in maart 1869. Zijn beleid was erop gericht om de Reconstructie van de Zuidelijke staten verder te zetten, en pleitte voor de systematische handhaving van de fundamentele burgerrechten ongeacht het ras.
Op 3 februari 1870 voerde Grant het 15de amendement van de Amerikaanse grondwet door, die bepaalt dat overheden van de verschillende staten (alsook de federale overheid) geen enkele Amerikaanse burger het stemrecht mogen weigeren op basis van ras of huidskleur[2]. De Zuidelijke staten mochten enkel opnieuw worden vertegenwoordigd in het Amerikaanse Congres, indien ze dit amendement in hun staat bekrachtigden. Op 22 juni 1870 richtte Grant het Ministerie van Justitie op, voornamelijk met de bedoeling om de federale wetten in het zuiden te handhaven[3].
Omwille van de toenemende terreur tegen Afro-Amerikanen door de radicale Ku Klux Clan werd een reeks van drie wetten, gezamenlijk de Enforcement Acts genoemd, doorgevoerd in 1870 en 1871. Hierdoor werd het ontnemen van de burgerrechten van Afro-Amerikanen als een misdaad beschouwd, en kreeg de president de macht om dit indien nodig met militaire macht af te dwingen. Leden van de Ku Klux Clan werden vervolgd, maar wanneer de macht van de clan sterk was afgenomen werden andere, gelijkaardige groeperingen opgericht zoals de Red Shirts en White League.
Het presidentschap van Grant was een periode waarin de oorlogen en conflicten met de Indiaanse stammen stilaan ten einde kwam. In tegenstelling tot zijn voorgangers, die een beleid voerden gericht op de verwijdering van Indianen van hun grondgebied, opteerde Grant voor een vredevolle oplossing. Hij duidde Ely S. Parker, een Seneca-Indiaan, aan als commissaris van het Bureau of Indian Affairs, en trachtte de corruptie binnen dat departement een halt toe te roepen. Hij wou de Indianen bescherming bieden binnen hun reservaten, alsook onderwijs in landbouw ter vervanging van hun jager-verzamelaartraditie. Hoewel de bedoelingen hier van humanitaire aard waren, was het in werkelijkheid een afbraak van de Indiaanse cultuur.
Tijdens Grant's presidentschap kwamen er een aantal corruptieschandalen aan het licht, al waren er geen aanwijzingen dat Grant hier zelf bij betrokken was. Wel kreeg hij het verwijt dat hij hier niet daadkrachtig genoeg tegen optrad. Niettemin deed dit geen afbraak aan zijn populariteit, al was er wel een factie binnen de Republikeinse Partij die zich tegen hem had gekant. Zij scheurden zich bijgevolg af om de Liberale Republikeinse Partij (Liberal Republican Party) te vormen, maar tijdens de presidentsverkiezingen van 1872 maakten ze weinig kans en kort nadien hield de partij weer op met te bestaan[4]. Grant werd opnieuw genomineerd, en won een tweede termijn als president van 1873 tot 1877. In april 1873 ondertekende hij de Coinage Act, waarmee de dubbele standaard van zilver en goud in het Amerikaanse muntstelsel ten einde kwam, en de zogenaamde gouden standaard werd ingevoerd[5].
Het beleid van Grant omtrent de Indianen had ervoor gezorgd dat het aantal conflicten was afgenomen, maar de veldslagen waren nog niet helemaal voorbij. In 1873 vond de Modoc-oorlog plaats, nadat een groep van Modoc-Indianen hun reservaat hadden verlaten. Het conflict liep verder uit de hand nadat ze enkele Amerikaanse vredesgezanten hadden vermoord[6]. In 1876 brak de Grote Sioux-Oorlog uit, nadat de Verenigde Staten zich de Black Hills in het Dakota-gebied eigen wilden maken omdat er goud gevonden was. Deze oorlog eindigde pas in 1877 met de annexatie van de Sioux-gebieden en de oprichting van reservaten voor deze Indianen[7]. Eveneens in 1876, in het laatste jaar van Grant's presidentschap, werd het Colorado-gebied officieel erkend als 38ste staat van Amerika[8].
Latere levensloop[]
De kans was klein dat Grant opnieuw zou worden genomineerd voor de presidentsverkiezingen van 1876, en hij stelde zichzelf uiteindelijk niet opnieuw kandidaat. De Republikeinse nominatie ging vervolgens naar Rutherford Hayes, die de omstreden verkiezingen won en Grant opvolgde in maart 1877. Hiermee kwam er een einde aan de periode van de Reconstructie. Na zijn presidentschap maakte Grant gedurende twee jaar een wereldreis, waarbij hij ook een ontmoeting had met de Britse koningin Victoria, paus Leo XIII en de Duitse kanselier Otto Von Bismarck.
Tijdens de presidentsverkiezingen van 1880 hoopte de Stalwart-factie van de Republikeinse Partij dat Grant zich opnieuw kandidaat zou stellen, maar uiteindelijk kreeg hij hiervoor onvoldoende steun en ging de Republikeinse nominatie naar James Garfield, die de verkiezingen won en Hayes opvolgde in 1881. Op 23 juli 1885 overleed Grant aan keelkanker.
Hoaxes[]
Nadat hij een toespraak had gehouden bij een diploma-uitreiking, gaf Grant een sigaar als geschenk aan de decaan, die een oude vriend was van tijdens de burgeroorlog. Wanneer hij enkele weken later vroeg of de decaan van zijn sigaar had genoten, reageerde deze dat hij had besloten de sigaar intact te houden bij wijze van aandenken. Pas ongeveer een eeuw later zou iemand anders de sigaar vinden en deze aansteken, waarna deze ontplofte zodat de poets van Grant uiteindelijk toch iemand te beurt viel, al was het niet bij de persoon die Grant in gedachte had. Dit is een hoax aangezien er geen enkele aanwijzing is dat dit ooit echt gebeurd zou zijn[9].
Zie ook[]
Bronnen[]
Referenties[]
- ↑ http://blueandgraytrail.com/event/Battle_of_Shiloh
- ↑ http://www.loc.gov/rr/program/bib/ourdocs/15thamendment.html
- ↑ http://www.justice.gov/about
- ↑ http://www.ourcampaigns.com/RaceDetail.html?RaceID=58521
- ↑ http://legisworks.org/sal/17/stats/STATUTE-17-Pg424.pdf
- ↑ https://books.google.be/books?id=R3UTAAAAYAAJ&redir_esc=y
- ↑ https://www.flickr.com/photos/lakota_sioux_and_comanche_indians/12574045794/sizes/o/in/photostream/
- ↑ http://memory.loc.gov/ammem/today/aug01.html
- ↑ http://www.snopes.com/history/american/grantcigar.asp